Rotterdam/Den Haag – Voor het eerst in onze geschiedenis heeft ons land vandaag te maken met een autoloze zondag. Oorzaak is de pas uitgebroken oorlog tussen Duitsland en Frankrijk/Engeland vorige maand. Alleen mensen met een ontheffing (en mensen uit het buitenland) mogen nog rijden.
Het ziet er heel vreemd uit. Op drukke verkeersaders, zoals de weg Leiden-Den Haag-Rotterdam, is het uitgestorven. Een enkele bus komt nog voorbij op de weg. Fietsers hebben verder vrij spel.
De Coolsingel in Rotterdam maakt vandaag een lege indruk. Slechts hier en daar rijdt een auto, terwijl het normaal heel veel drukker is. Zijn er dan minder mensen op straat? Nee, dat niet. Want volgens De Maasbode is het in de kroegen aan de Coolsingel bijna onmogelijk om een plekje te krijgen.
Controleposten
Het lijkt vandaag wel de belangrijkste taak van de politie; het controleren of het rijverbod wordt nageleefd. Zo worden rond Den Haag controleposten neergezet op de belangrijkste verkeersaders om de stad. Er zijn tientallen overtredingen geconstateerd. In de meeste gevallen komen de bestuurders er met een waarschuwing van af.
Maar niet iedereen werkt mee. Bij Den Haag weigert één automobilist om naar huis te gaan. Hij krijgt een motorescorte van twee agenten. Een andere man weigert te stoppen voor de politiecontrole aan de Rijswijkseweg in Den Haag. Na een korte achtervolging wordt hij aan de kant gezet. Beide bestuurders moeten binnenkort voor de rechter verschijnen.
In Rotterdam en omgeving heeft de politie het iets drukker. Vijftien auto’s en tien motoren zijn in beslag genomen. De meeste overtreders komen van buiten de stad.
Trucjes
Sommige mensen proberen slim te zijn en laten zich gebruiken als ‘besteldienst’, omdat bestelauto’s kunnen rekenen op een ontheffing. Maar een paar flesjes melk achterin de auto, maken van een personenauto nog geen bestelauto, vindt de politie.
Anderen zeggen dat ze een ontheffing hebben om op ziekenbezoek te gaan. Maar de politie zet een familie aan de kant van de weg, die overduidelijk net naar een voetbalwedstrijd was geweest. Zij komen weg met een waarschuwing.
In Bergschenhoek hebben wat bewoners een paard voor een oude (niet meer rijdende) auto gespannen. Zittend op het dak van de auto zijn deze mensen naar Rotterdam gereden. De politie kan de humor er nog wel inzien. Toch kreeg de bestuurder de opdracht om terug naar huis te gaan.
Twee bestuurders verklaren dat ze niet op benzine, maar op petroleum reden. Zij mogen doorrijden.
(Dit artikel gaat verder onder deze advertentie)
Tegenstanders
Ondertussen gaat de discussie tussen voor- en tegenstanders van de autoloze zondag nog door. Een woordvoerder van de autodealers in ons land vindt de maatregel veel te ver gaan. Door de uitbraak van de oorlog en het herstel van de crisis heeft de autohandel het al niet zo breed. Deze maatregel geeft nog eens een extra harde tik.
Omdat het niet duidelijk is hoe lang de autoloze zondag blijft terugkomen, stellen mensen de aankoop van een personenauto uit, zegt een auto-importeur. Daarnaast zijn er betere maatregelen. Zo had een verlaging van de maximumsnelheid naar 60 of 70 kilometer per uur een veel grotere besparing opgeleverd, menen zij.
Maar de maatregel is ook slecht voor de schatkist, zeggen tegenstanders. Het is nog maar een kwestie van tijd voordat mensen hun auto wegdoen, waardoor de overheid wegenbelasting misloopt.
De Koninklijke Nederlandse Automobielclub (KNAC) is vooral niet blij met de onzekerheid. Het is nog niet duidelijk hoe lang de schaarste met benzine duurt. “Het kan zeker niet in het belang zijn van onze gemeenschap, dat den automobilist wordt aangeraden zijn wagen voor de verderen duur van den oorlog op stal te zetten”, zegt de voorzitter van de KNAC, dhr. Smits van Oyen in het Algemeen Handelsblad.
“Er zullen zich uiteraard gevallen voordoen, waarbij ‘opleggen’ van de auto noodgedwongen moet geschieden. Maar voor het overige zou ik, in het belang van de talrijke landgenooten, die in het automobielbedrijf en aanverwante vakken, werkzaam zijn, iederen automobilist met klem willen aanraden om, zooveel in verband met de beschikbare benzine mogelijk is, van de automobiel gebruikt te blijven maken.” (Algemeen Handelsblad, 29-9-1939)
De autoloze zondag is namelijk niet de enige maatregel die de overheid heeft genomen. Een paar weken eerder werd al een oproep gedaan om de auto überhaupt wat vaker te laten staan. Ook dat was de autobranche een doorn in het oog.
In andere landen
Nederland is niet het enige land dat maatregelen moet nemen. In Italië en Duitsland kregen alle particuliere automobilisten een rijverbod. In Engeland ging de benzine op de bon. In Zweden en Denemarken werd het particuliere autogebruik ook verboden.
In Frankrijk is er een tijdje een particulier rijverbod geweest, maar dat verhaal kan door de oorlogsdreiging niet bevestigd worden. In België is het benzinetekort zo groot, dat meerdere pompen uitverkocht zijn.
Hoe ging het verder?
De autoloze zondagen gingen door tot en met half november. Er werd een distributieregeling in het leven geroepen. Dat hield dus in dat er nog steeds niet onbeperkt gereden kon worden, maar de autoloze zondag verdween in ieder geval.
De autoloze zondag keerde meerdere keren terug na de Tweede Wereldoorlog. In 1946 was er sprake van een ‘beperkte autoloze zondag’. In 1956 en 1957 mocht er twee maanden lang niet op zondag gereden worden in verband met de Suezcrisis.
De bekendste autoloze zondagen waren in 1973. Van 4 november 1973 tot en met 6 januari 1974 mocht er niet op zondag gereden worden. Dat was toen een direct gevolg van de Jom Kippoer-oorlog.
Ook toen waren er autoloze wegen en straten. Het verhaal dat er volop gefietst en gerolschaatst werd op de snelwegen is grotendeels een fabeltje. Het gebeurde wel, maar was nog steeds verboden. Mensen die het toch probeerden, werden meteen weggestuurd.
Daarna zijn er geen wettelijk opgelegde autoloze zondagen meer geweest.
Wat wil dit nou zeggen?
Mensen die denken ‘dat er toen nog bijna geen auto’s waren’ komen nog enigszins bedrogen uit. In Nederland reden in 1939 zo’n 100.000 auto’s op de weg. Dat komt neer op ongeveer 10.500 per 100.000 inwoners. Met andere woorden. In elke straat stonden meerdere auto’s langs de kant van de weg.
Het moet er wel bijgezegd worden, dat het aantal auto’s in Nederland relatief vrij ver achter bleef bij de landen om ons heen. In Frankrijk en Engeland was het aantal auto’s per 100.000 inwoners veel hoger. Alleen buurland Duitsland bleef nog achter Nederland, maar dat was niet zo vreemd. Na de Eerste Wereldoorlog moest Duitsland flinke compensatie betalen.
Bronnen:
“VERLATEN WEGEN DOOR HEEL HET LAND. DE EERSTE AUTOLOOZE ZONDAG.”. “De Maasbode“. Rotterdam, 02-10-1939.
“ZONDAG ZONDER AUTO’S Politie had gemakkelijk werk. Pro en contra het verbod. Rust op de wegen in en om de stad. Maar motorbooten verspilden benzine! WAGENS BLEVEN OP STRAAT GEPARKEERD“. “Algemeen Handelsblad“. Amsterdam, 02-10-1939.
“DE AUTO-LOOZE ZONDAG Benzine sparen, goed! Maar waarom op deze manier? Onbillijke gevolgen van het Zondags-rijverbod. DE SCHATKIST ZAL WEGENBELASTING DERVEiN“. “Algemeen Handelsblad“. Amsterdam, 29-09-1939.
Eerste autoloze zondag was in 1939, NPO-Geschiedenis
Tekst: Dave Datema
Gepubliceerd op: 01 oktober 1939
Verhaalnummer: 50
Met dank aan Hans Schimmelpenning voor het beschikbaar stellen van de foto, gemaakt door zijn vader, H.G.L. Schimmelpenning.