Rampen zijn van alle tijden. Overstromingen, explosies, ongelukken. Alleen sommige rampen blijven langer hangen dan anderen, zoals de Watersnoodramp, de Sint Elisabethsvloed en de Bijlmerramp. In de Maand van de Geschiedenis blikt Dag van Toen terug op rampen in Zuid-Holland die niet meer heel uitgebreid op het netvlies van mensen staan.

De keuze voor de Top10 van Vergeten Rampen is uiteraard compleet arbitrair, omdat menselijk leed uiteraard (en gelukkig) niet met elkaar te vergelijken is. Het is slechts een poging om deze rampen ook eens voor het voetlicht te krijgen.

5. Treinramp in Sliedrecht (1942)

Bij een treinongeluk bij Sliedrecht komen achttien mensen om het leven. Een trein boort zich in een stilstaande passagierstrein, die stond te wachten bij het station. Meerdere treinstellen worden verpulverd.

“De ravage was enorm. De stoomlocomotief reed nog ongeveer honderd meter door, voordat het ontspoorde. De houten wagons werden in elkaar gedrukt, alsof ze van papier waren. De meeste slachtoffers zaten in de stoptrein.”

(fragment Dagvantoen, ‘Ravage na treinramp bij Station Sliedrecht’)

Een van de wissel stond verkeerd afgesteld. Ook was er sprake van ‘gebrekkige communicatie’. Op het moment van het ongeluk was de crash bij Sliedrecht het één-na-grootste treinongeluk in de Nederlandse geschiedenis. Inmiddels staat het ongeluk vierde op de lijst met meeste slachtoffers.



4. Derde Sint-Elizabethsvloed, definitief ontstaan van de Biesbosch (1424)

De meeste mensen kennen de tweede Sint-Elisabethsvloed (1421), Daarbij waren grote gebieden rondom Dordrecht onder water gelopen. De derde vloed, een paar jaar later, had mogelijk nog grotere gevolgen.

Na de vorige vloed waren de mensen van het gebied aan de slag gegaan om de dijken te herstellen en het water weg te pompen. Door de nieuwe overstroming waren al deze reparaties weer compleet weggevaagd.

De overstroming zorgde voor een enorme klap voor het moraal van de mensen. Er werd daarna niet eens meer een poging gedaan om de dijken van de Groote Waard opnieuw te herstellen. Dordrecht werd een eiland in een binnenzee. Het was het definitieve begin van de Biesbosch, op een manier zoals we het nu nog kennen.



3. Rampjaar 1672

Een van de belangrijkste redenen dat het thema van de Maand van de Geschiedenis ‘Wat een ramp’ is geworden, is omdat het dit jaar precies 350 jaar is na ‘het rampjaar 1672’.

Voor de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden ging alles mis. Engeland, Frankrijk, Münster en Keulen vielen het land binnen. De Fransen trokken via het oosten ons land binnen. Door de snelle opmars brak in het westen paniek uit. Volgens een Nederlands gezegde was ‘de regering radeloos, het volk redeloos en het land reddeloos’.

In veel plaatsen brak rellen uit. De opstandelingen eisten dat de Prins van Oranje (Willem III) eindverantwoordelijk zou worden gemaakt. De woede richtte zich ook op de politici die het daarvoor voor het zeggen hadden. Het bekendste verhaal is de lynchpartij waarbij de Dordtse broers Johan en Cornelis de Witt om het leven kwamen.

In de oorlog die zeven jaar duurde (Frans-Nederlandse Oorlog 1672-1679) dolf Frankrijk uiteindelijk het onderspit.



2. De ramp met de SS Berlin bij Hoek van Holland (1907)

Tijdens een storm voor de kust komt het passagierschip SS Berlin bij Hoek van Holland in de problemen. Het schip vaart op de Noorderpier en breekt in tweeën. Er komen 128 mensen om het leven.

De redders van de President van Heel waren in de buurt, maar slaagden er niet in om op het schip te komen. Na enkele uren zonk een van de twee delen in het water. Op dat deel bevonden zich de meeste opvarenden.

De ramp trok ook veel publiek naar Hoek van Holland, merkte journalisten in die tijd. Volgens verslaggever J.L. Pissuise van het Algemeen Dagblad zat de trein naar Hoek van Holland vol met mensen die benieuwd waren wat ze zouden aantreffen.

In Hoek van Holland werden toen de eerste lichamen opgevangen. Het waren er echter zoveel dat de stationshal moest worden gebruikt als mortuarium.

“Zoo werd het ruime lokaal ingericht tot een groote doodenhal, waar de toeschouwers met ontblooten hoofd zwijgend omgingen en de plechtige stilte alleen werd gestoord door den somberen loei van een stoomboot in den Waterweg, een wanhoopsgil van een locomotief buiten, en dof geklop uit de aangrenzende loods… waar men mèèr britsen timmerde èn doodskisten.”

(De schipbreuk van de “Berlin” 21 Februari 1907. Volledig verhaal van de scheepsramp aan den Hoek van Holland, JL Pisuisse)


  1. De processie die in het water viel in Charlois (1511)

Bovenaan de lijst staat de meest opmerkelijke ramp, ook al ontbreekt veel informatie. In februari 1511 wordt in Charlois (nu deel van Rotterdam) de nieuwe dorpskerk geopend.

De winter was bijzonder streng geweest. Het begon al met vriezen in november en het ijs was zo sterk dat men met paard en wagen over het water kon rijden.

Voor de inwijding van de kerk vond een processie plaats. De route van de processie ging over de rivier. In de dagen voor de processie was de wind gedraaid naar het noordwesten. Daardoor werd zout water richting de stad gestuwd en ontstonden scheuren in het ijs. De autoriteiten hadden de organisatie van de processie gewaarschuwd voor een gevaarlijke situatie, maar de optocht ging alsnog door.

Midden op de rivier liepen uiteindelijk vijfduizend deelnemers van de processie, toen het ijs begon te breken. Een groot deel van de processiegangers verdrinkt.

De schattingen van het aantal slachtoffers liggen bijzonder hoog: tussen de 1000 en 4000 mensen zouden het niet overleefd hebben.

De plek van het ongeluk zou nog altijd Papengat of Monnikengat genoemd worden. De plek van de ramp zou bij de huidige Sluisjesdijk, bij de Waalhaven liggen.

Bron: Engelfriet

Klik hier voor het eerste deel van de Top10 Vergeten Rampen van Zuid-Holland.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *